Slider1
slider2

Columns en het gedicht zoals uitgesproken op de avond met de burgemeester.

VUGHT – 28 augustus 2025. De teksten van de uitgesproken columns en het gedicht zoals uitgesproken op de avond met de burgemeester.

Met dank aan Jozef Kok

Verandering van tijdperk in Vught

Door: Jozef Kok

[Column uitgesproken op de interviewavond met de nieuwe burgemeester op 27 augustus 2025]

Vught is een gemeente met drie dorpskernen die zich gedrieën gewoonlijk hullen in de vanzelfsprekendheid van hun geschiedenis. Maar er zijn van die dagen waarop een simpele mededeling zich aandient als meer dan een lichte rimpeling in het water. Een mededeling die duidt op een trage maar wel onomkeerbare verschuiving. Een historisch schokje misschien wel, dat wijst op een verandering van tijdperk in Vught. En u mevrouw de burgemeester bent daar, wellicht onbewust, de belichaming van.

Donderdag 30 januari 2025 is zo’n dag in Vught, een gemeente die zich met een zekere vanzelfsprekendheid heeft genesteld in het Brabantse landschap, vol met plekken die drager zijn van een tijd die zich het liefst laat vangen in het Tijdschrift ‘Schatten van Vught’ van de Erfgoedstichting.
Op die dag kiest de gemeenteraad, voor het eerst in haar bestaan, voor een vrouwelijke benoemde burgemeester als opvolger van Roderick J. van de Mortel – een stap die, hoewel ogenschijnlijk modern, nazindert in een traditie die eeuwenlang is gevormd door mannen; niet zomaar mannen, maar door heren van stand, met adellijke titels, met landgoederen en stilzwijgende allianties.

Want hoewel het formeel al lang niet meer hoeft is in Vught de burgemeester tot nu toe, met een enkele uitzondering, vooral gerekruteerd uit de rangen van adel, patriciaat of grootgrondbezit – alsof de democratie slechts een dunne vernislaag is over een oudere orde. Ze komen uit huizen waarvan de namen als oude bomen blijven staan in het geheugen van het landschap: Muyserick, Maurick, Zionsburg, Zwijnsbergen, Beukenhorst. Het zijn ridders, baronnen, jonkheren; of mannen zonder titel maar dan wel met land; met bloedbanden van geslachten met gezag. Een kasteel, een buitenplaats, een voorvaderlijk bos – dat alles geeft gewicht aan hun aanwezigheid, alsof het ambt dat door een burgemeester gedragen wordt is belichaamd in een man uit het patriciaat.

[En nou zult u zeggen ‘Dat was toch niet altijd zo’. Maar die paar keer dat dat niet het geval was, moest je wel ‘de Graaf’, ‘Keijser’ of minstens ‘de Groot’ of ‘Baartmans’ heten. En ook deze keer moest ik even glimlachen bij horen van de naam ‘de Haan’. Maar na onderzoek blijkt dat de naam van uw man te zijn.]
De naam van ‘Van de Mortel’ paste nog in die traditie; een laatste erfgenaam misschien van wat ooit vanzelfsprekend was. Dat begon in 1811 met Ridder de Van der Schueren als de eerste ‘Maire’ nog onder Napoleon. En het zette zich daarna ruim 200 jaar voort met een netwerk van families die Vught besturen – Jhr. Van Beresteijn, Marggraff, Jhr. Van Rijckevorsel, Van Lanschot, Jhr. Van de Poll, Rouppe van der Voort en Baron Van Hövel van Wezefeld tot Westerflier – het is geen voorbije geschiedenis, maar een weefsel dat nog voelbaar is in de structuren van het dorp. Hun onderlinge huwelijken en verwantschappen vormen niet alleen stambomen, maar ook bestuurslijnen; een manier waarop gezag hier stilaan in de genen is gaat zitten.

Toch is er nu iets veranderd. Niet plots, niet luid, maar wel voelbaar als een verschuiving. De benoeming van Chantal Nijkerken-de Haan – vrouw, zonder adellijke achtergrond, niet afkomstig uit de vertrouwde bestuurlijke elite – markeert een breuk. Een onderbreking in het weefsel. Ze is een burgemeester die niet kan leunen op de geur van erfgoed en die zichzelf moet vestigen in een omgeving die gewend is geraakt aan gezag dat al generaties lang in de juiste salons verkeert.

En dat in een tijdperk van bredere verschuivingen: waar de burgemeester ooit vooral magistraat was – het gezicht van de staat, gezaghebbend en verheven boven partijpolitiek – is het ambt getransformeerd tot dat van manager, verbinder, coach. Het burgemeesterschap ontwikkelde zich van heerschappij naar samenwerking, van symboliek naar efficiëntie. Tussen die twee vormen – de oude gestalte van de burgervader en de hedendaagse teamleider – ligt een landschap vol van verloren zekerheden.

Juist daarom is deze benoeming historisch. Want Vught heeft, met deze keuze, zichzelf overstegen. Zij heeft niet slechts een vrouw gekozen, of een buitenstaander zonder adellijke glans, maar – onbewust wellicht – een nieuw verhaal omarmt: dat gezag ook kan ontstaan uit eigen verdienste en dat waardigheid niet hoeft te wortelen in afkomst, maar ook aan karakter kan ontspruiten.

Chantal Nijkerken-de Haan zal haar pad bewandelen zonder het fluweel van een voorvaderlijke erfenis, zonder het houvast van een naam die opent als een sleutel. Ze zal moeten bouwen zonder die oude bouwstenen uit het verleden, maar misschien – en daarin schuilt het ware wonder – zal juist dát haar in staat stellen om iets nieuws te creëren: een Vught waarin de toekomst niet langer gespiegeld wordt in de hofvijver van het verleden, maar in de fonkeling van een eigen, onbeschreven ochtend. Vaarwel patriciaat; welkom burgemeester!

Je zult het maar worden…

Burgemeester van Vught, de eerste burger, burgervader of burgermoeder…

Mijn vorige verhaal over de burgemeester had als titel: ‘Je zult het maar zijn…’. Een schets van wat dat in mijn beleving inhield voor burgemeester Van de Mortel. Natuurlijk speelde in mijn achterhoofd mee, dat er na Roderick ook weer een nieuwe burgemeester zou komen. Toen was al bekend dat dat Chantal Nijkerken-De Haan zou worden. Zij voldeed volgens de commissie aan het profiel dat opgesteld was en beschikte over de juiste papieren en motivatie en was heel geschikt om burgemeester van Vught te worden. Toen ik dat later las, vroeg ik me af wie wil er nou burgemeester worden in deze tijd en hoe word je dat? Er is geen opleiding voor burgemeester. Je hoeft er geen examen voor te doen. Stagelopen en een proefschrift is volgens mij ook niet aan de orde. Dus ook geen diploma, certificaat of bul. Ook niet een soort puntenrijbewijs waarbij de aloude waarheid geldt als bij autorijden: ”Je leert het pas als je het zelf doet?”. Maar een bezoekje aan het internet leerde me al gauw, dat ik me totaal geen zorgen hoefde te maken. Volleerd op het gebied van beleid, bestuur, management en kwaliteitszorg en gepokt en gemazeld in de politiek. Zelfs al stagegelopen in Beesel. Dat zit dus allemaal wel goed.

Maar toch. Waarom zou je burgemeester willen worden? Zijn er kinderen die roepen: “Ik wil later als ik groot ben burgemeester worden”? Als ik naar de opleidingen van onze burgemeester kijk, zou ik daaraan af kunnen leiden dat zij als kind inderdaad al geroepen heeft” Ik wil later burgemeester worden”.

Als je dan toch burgemeester wilt worden is de gemeente Vught nog niet zo’n verkeerde keuze. Schitterend gelegen in het Brabantse landschap, met mooie natuur, polders, duinen en bossen, prima voorzieningen enz. Vught staat in vele lijstjes best hoog en de drie woonkernen geven een extra dimensie aan een gevarieerde samenleving. Ik denk dat mevrouw Nijkerken eerst wel gegoogeld heeft op Vught alvorens te solliciteren. Heel veel moois, maar ook wel wat minpunten. Zeker als je als burgemeester orde en veiligheid als hoofdthema in je portefeuille hebt met een PI in je gemeente en een horde aan mensen die denken te moeten protesteren en demonstreren om crimineel gedrag goed te praten. Natuurlijk wil je als nieuwe burgemeester zo snel mogelijk de gemeente leren kennen, de inwoners ontmoeten, de parels bekijken en de problemen inventariseren en verkennen. Daar is onze burgemeester nu volop mee bezig. Je kunt de krant of het Klaverblad niet openslaan of je leest over haar kennismakingactiviteiten. Ze weet nu blindelings de weg te vinden in Vught en slaat bijna een hole in one op Bernardus in Cromvoirt. Toen ze daar was, heeft ze met eigen ogen kunnen zien waar in ieder geval geen windmolens komen.

Ik zag de nieuwe burgemeester voor het eerst op een historisch moment. Haar eerste gemeenteraadsvergadering. Aan de opening van de vergadering gaf ze meteen haar eigen draai. Het werd volgens mij de kortste raadsvergadering in de historie van Vught. Binnen een half uur werd de vergadering met een flinke klap met de hamer gesloten. De tweede keer was de raadsvergadering heel andere koek en duurde het juiste extra lang, maar dat kwam omdat het plan voor de molens haar de wind uit de zeilen nam.

Volgens de functie-eisen voor een burgemeester is de eerste burger altijd integer, herkenbaar, onafhankelijk, verbindend en stressbestendig. In de korte tijd dat mevrouw Nijkerken in Vught aan het werk is, heb ik die kwaliteiten af kunnen vinken. Ze heeft natuurlijke grote schoenen te vullen, zeker op speciale dagen als de dag van de Lintjesregen en Koningsdag. Daar gaf ze op haar eigen, open, charmante en welsprekende manier een heel mooie invulling aan. Met die kwaliteiten maakte heel Cromvoirt kennis toen de burgemeester op 22 juni op uitnodiging van het Cromvoirts Orkest naar Cromvoirt kwam om kennis te maken met het dorp. Het werd een gevarieerde, enthousiaste, muzikale, gemoedelijke middag waar burgemeester Chantal, haar man en de inwoners van jong tot oud van genoten. De dorpelingen weten nu dat ze allemaal bij haar aan kunnen kloppen en dat de drempel omdat te doen laag is. Natuurlijk vroeg deze ontmoeting naar meer en willen Cromvoirt en de Distelberg de kennismaking voortzetten. Ik beloof je alvast wel dat we je niet met zo’n blindentaststok door Cromvoirt laten wandelen, want zonder stok is dat al levensgevaarlijk. Daarentegen is het Ommetje Cromvoirt wel weer prachtig om te doen. De burgemeester liet die middag weten dat de ontvangst voelde als een warm bad. Ik hoop dat ze Cromvoirt nog verschillende keren aan zal doen maar dan op haar niet zo favoriete vervoermiddel, de fiets, om samen wat verkenningsrondjes door Cromvoirt te maken en het weer warm te krijgen.

Tot dan.

Welkomstgedicht voor ‘Interview met burgemeester Chantal Nijkerken – de Haan

‘De eerste 100 dagen’, door Michiel Hordijk

Welkom in Vught

Wees welkom in een vochtige plaats
tussen Drunens duin en Dommels water
van Helvoirts Broek tot Voorburgs groen
van Cromvoirtsedijk tot Mariaplein

Waar mensen hun geloof belijden
bij Sint Lambertus en Sint Nicolaas
en de rots van Petrus is getransformeerd
tot kerk waar men speelt en leert

Waar gebeurtenissen uit het verleden
eeuwig doorklinken in het heden
naast klaterend schreeuwend zwemplezier
nooit meer uit te wissen oorlogskreten

Waar melodieën door het centrum waaien
zuiverder dan het overleg tussen dames en heren
die na jarenlang vruchteloos duetteren
de Speeldoos toch weer aan konden draaien

Waar in de winter, als Kasteel Maurick
gehuld is in een donzen deken
op straat het ‘alaaf’ volmondig klinkt
uit duizenden geel-blauwe kelen

Wees welkom

Burgermeisje met timmermansoog
dat voor niemand onderdoet
en met een slokje Fanta op

Is neergezegen in het huis
bewaakt door stenen leeuwen

Dat de ketting niet te zwaar
zal wegen, dat boze winden
het bestuur niet zullen verdelen

Dat de gemeente Vught
een voorspoedige tijd zal beleven.

Burgemeester, let op Helvoirt

Door Sander Wieringa

Geachte burgemeester, beste Chantal.
Iets over Helvoirt, het derde wiel aan de fiets van Vught. Je voorganger Roderick van de Mortel gaf altijd hoog op van Helvoirt: “Het prachtige dorp Helvoirt” zei hij dan. Wel pas ná januari 2021 toen Helvoirt bij Vught kwam.
Maar Helvoirt was natuurlijk altijd al een prachtig dorp.

Destijds – toen de gemeente Haaren werd gevierendeeld – was het Vughtse college niet heel enthousiast om Helvoirt erbij te nemen. Meer van: als het moet, nou vooruit dan maar. Er werd zelfs nog even gekeken of de Drunense Duinen niet beter bij Heusden konden komen – want ja, wat moet Vught nou met een nationaal park, we hebben toch al ons Reeburgpark… Maar die vlieger ging niet op: Helvoirt bleef heel. Omgekeerd wilden de Helvoirtenaren destijds wel graag bij Vught. Liefst 82% van de inwoners van Helvoirt koos voor samengaan met Vught. En zo geschiedde dus, ruim vier jaar geleden.

Wat kréég Vught, met Helvoirt erbij? Veel grond. De gemeente Vught werd bijna eens zo groot. Niet heel veel inwoners. 5000 op een totaal van 32000. De helft van de grond, een zesde van de mensen. Ándere mensen dan in Vught, is mijn ervaring. En ik kan het vergelijken, want ik woonde eerst 17 jaar in de Koestraat, midden in Vught, en daarna 35 jaar op de Distelberg in Helvoirt.

De Helvoirtenaar is meer een dorpeling – en de Vughtenaar meer een stedeling. Stedelingen zoeken elkaar op onder gelijken, in de eigen bubbels. Dorpelingen zijn niet zo van de bubbels. Liever een biertje, en dan met
iedereen samen.

Er zijn in Helvoirt veertig bloeiende verenigingen en clubs. Bij de voetbal en met carnaval in Helvoirt is het altijd keidruk. In de winkels in Helvoirt wordt net zo veel gekeuveld als gekocht. Aan de jaarlijkse ‘wie kent helvoirt kwis’ doen 50 teams mee in een bomvolle feesttent met 300 man, meer kunnen er niet in. Onze lokale nieuwssite Helvoirtnet heeft 4500 volgers en 1,3 miljoen bezoekers per jaar. Veel meer dan welk ander lokaal medium in Vught. Helvoirt lééft.

Boodschappen doen wij niet in Vught, we hebben ons eigen supers, bakker, slager, boerenwinkels, pizzeria, slijterijen, friettenten, Action en Kruidvat. Meer hebben wij niet nodig in Helvoirt. Kleren kopen we wel online. En we hebben drie restaurants waar je prima kunt eten zonder te moeten ‘sharen’.

Dan de lokale politiek. Daar hebben de Helvoirters niet zo heel veel mee op. Wij letten wel op ons eigen. Het Vughtse gedoe boeit ons weinig. Wat kan ons de Speeldoos schelen? Als je maar van ons HelvoirThuis afblijft. Het spoor in Vught met zijn bouwput raakt ons niet, als je N65 maar veilig over kunt. Woningbouw op Voorburg, subsidie Elzenburg, nieuwe school Loonsebaan, indeling Isabella: zoek het lekker zelf uit in Vught.

Helvoirtenaren staan dus niet te dringen om in je gemeenteraad plaats te nemen, beste burgemeester. Er zitten er nu vier van de 23. (Snellerekenaars: klopt: ook een zesde). Geen wethouder uit Helvoirt. En je ambtenaren komen volgens mij allemaal van heel ergens anders ingevlogen. Bergenshuizen, Isabella en Voorburg kennen ze wel bij het gemeentebestuur.Maar De Gijzel, Distelberg, Margriet, Heikant, Brokkenbroek, Het Hoog, Raam, Laar, Molenbroek, Hoef ten Halve, Den Hoek, Hengstven, Zandhoek, Guldenberg, Broekleij, Zwijnsbergen. Het is allemaal Helvoirt maar in het gemeentehuis hebben ze volgens mij geen idee wat het is, waar het ligt, en wie daar woont.

Dat hoeft ook niet zo nodig van ons Helvoirtenaren. Zo lang we er zelf maar mooi en fijn kunnen wonen. Dat is nu wel aan het schuiven. In Helvoirt wordtgemopperd dat het dorp door de Vughtse politiek een beetje wordt beschouwd als een stortplaats voor allerlei ongemak die ze het liefst in een uithoek van de gemeente plempen. Bedrijfsloodsen, asielzoekers, herriefestival, windmolens, zonnevelden: doe maar bij Helvoirt.

Zou het komen omdat we een minderheid zijn in de gemeenteraad? Zo werkt het wel. In een democratie beslist de meerderheid. Prima. Maar pas op voor het achterstellen van de minderheid. Hier ligt – denk ik – wel een taak voor jou als burgemeester. Je bent niet gekozen door een toevallige meerderheid; je bent benoemd door de kroon. Je bent dus ons ‘kroonjuweel’, Chantal. Met een groepsoverstijgende opdracht: de boel bij mekaar te houden. Jij hoeft niet te kijken naar je kiezers, die heb je niet; jij kijkt naar iedereen.

Dus, beste burgemeester, ik hoop dat ook jij het gauw gaat hebben over “het prachtige dorp Helvoirt”. En dat je al jouw invloed aanwendt om Helvoirt prachtig te hóuden. Dan zul je van ons Helvoirtenaren weinig last, maar wel veel plezier hebben.

HelvoirtNet is ook te volgen op onze socials:

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *